BRUSSEL ,,Onderwijs, mobiliteit, economie, begeleiding van werklozen… Elk zit op zijn eigen terrein wat oplossingen uit te dokteren, maar vaak wordt de hete aardappel doorgeschoven », zegt het SP.A-parlementslid Yamila Idrissi. Ze vraagt dat een interministeriĂ«le conferentie zich buigt over de torenhoge werkloosheid 20 procent, bij jongeren meer dan 30 procent in het Brussels Gewest.
,,ALS MORGEN RELLEN UITBREKEN, GAAN WE DAN OOK OP CNN ZEGGEN DAT DIT EEN FRANSTALIG PROBLEEM IS? »
IDRISSI is een poulain van de minister van Werk, Frank Vandenbroucke. Onder zijn hoede heeft de Brusselse, die sinds november in het Brussels en het Vlaams Parlement zit, zich ook op werkgelegenheid gestort. ,,Ik had vroeger nooit veel over de werkloosheid in Brussel gehoord en ben dan ook geschrokken van de omvang. Dit wordt fel onderschat. Siegfried Bracke, die onlangs een colloquium presenteerde dat ik hierover organiseerde, vertelde dat hij niet kon geloven dat zoveel politici dit links laten liggen. Er is te veel fatalisme. Bovendien heeft iedereen zich wat ingegraven. Er moet een nieuwe dynamiek komen. Een interministeriële conferentie moet een Marshallplan voor Brussel uitwerken. »
Wie moet er aanzitten? De ministers van Werk: de Brusselse en de federale, maar ook hun Vlaamse en Waalse tegenhangers. De ministers van Economie en Sociale Economie. De ministers van Onderwijs tot mijn verbazing heb ik vernomen dat dat er bij de Franstaligen drie zijn. De ministers van Mobiliteit, inclusief de minister bevoegd voor De Lijn. Onder leiding van de nieuwe minister-president van Brussel moeten zij heel concrete doelstellingen afspreken en daar een tijdspad op kleven. Niet alleen de overheid moet haar verantwoordelijkheid nemen, ook de bedrijven moeten mee in bad.
Waarom moeten de ministers van Onderwijs en Mobiliteit betrokken worden?Op het colloquium is gebleken dat onderwijs een belangrijk knelpunt is, vooral het taalonderwijs. En wat mobiliteit betreft: Brusselaars kunnen de bedrijven in de rand vaak moeilijk bereiken. Je mag niet vergeten dat het vooral om laaggeschoolden gaat, die niet over een auto beschikken. Hoe moeten zij op sommige bedrijfsterreinen geraken?
Men weet dat allemaal al jaren, maar men neemt een fatalistische houding aan. Het wordt tijd dat er schot in komt.
Wanneer moet de conferentie plaatsvinden? De verkiezingen staan voor de deur. Het moet een van de eerste prioriteiten zijn van de volgende regering. Tegen eind 2004 moet er op zijn minst een inventaris van de problemen zijn en een tijdspad. Ik hoop dat Charles Picqué, die zich toch als de nieuwe minister-president profileert, dit ter harte neemt.
Is dat kritiek op de huidige regering?Voor een deel wel, maar dit is niet alleen de verantwoordelijkheid van de minister van Werk, Eric Tomas (PS). Op een debat hoorde ik onlangs niets anders dan het de schuld is van Tomas. Dat is me iets te gemakkelijk. Door zoiets te zeggen, zeg je meteen dat je zelf niets hoeft te ondernemen, terwijl iedereen op zijn domein iets kan doen. Uit die impasse wil ik raken.
Ik heb wel het gevoel dat we op het gebied van werk wat ambitieuzer hadden mogen zijn. Visie ontbrak een beetje. Maar bon, schoorvoetend verandert er toch wat. Vlaanderen heeft eindelijk werkwinkels kunnen openen, de begeleiding van werklozen verbetert
De Vlamingen pikken veel jobs in, zegt Laurette Onkelinx. Veel Vlamingen en Walen werken in Brussel, waarom zou het niet andersom kunnen? In tijden van hoogconjunctuur schreeuwen de werkgevers in de rand om werkkrachten, terwijl de werkloosheid in Brussel immens blijft . DHL heeft maar 5 procent Brusselaars in dienst!
Veel Franstaligen zien de oorzaak in discriminatie van allochtonen. Is dat niet wat gemakkelijk? Discriminatie bestaat. Dat weten we doordat ook hooggeschoolde allochtonen soms maar moeilijk aan werk geraken. Met diversiteitsplannen moeten we de bedrijven meer sensibiliseren.
Maar men mag zich niet achter discriminatie alleen verschuilen. Aviapartners, een van de grootste werkgevers rond de luchthaven, heeft maar 0,06 procent Brusselaars in dienst, terwijl 30 procent van het personeel allochtoon is.
Een andere oorzaak die vaak geciteerd wordt, is een verkeerde attitude bij de werklozen.
Wat was er het eerst, de kip of het ei? Hebben sommige jongeren geen werk omdat er wat schort aan hun attitude of zijn ze gedemotiveerd geraakt en in een je m’en foutisme beland omdat ze geen werk vonden? Je moet ook opletten met zulke uitspraken: in het verleden heeft Brussel heel weinig aan begeleiding gedaan. Je mag mensen niet zomaar in een hoek zetten. Maar als er attitudeproblemen zijn, dan moet je die aanpakken.
De Vlaamse partijen staan daar opener voor dan de Franstaligen.Het klopt dat Vlamingen minder dogmatisch denken. Instant A, een samenwerking tussen de particuliere sector en de overheid om laaggeschoolde jongeren aan het werk te zetten, is een succes in Antwerpen, maar kent in Brussel veel tegenkanting, omdat sommigen vinden dat het initiatief de vrije markt te veel laat spelen. Maar dat kun je losweken, zodat ook de Franstaligen flexibeler gaan denken.
Om een oplossing te bereiken moet je je Vlaamse of Franstalige bril afzetten. De hoge werkloosheid in Brussel is een Franstalig probleem, hoor ik soms. Dat klopt niet. Als morgen de boel ontploft en er breken rellen uit, gaan we dan op CNN ook zeggen dat dit een Franstalig probleem is? Het is een Brussels probleem.
Eist de SP.A de portefeuille van Werkgelegenheid op in de volgende Brusselse regering? Dat is niet aan de orde. Eerst moeten we de verkiezingen nog winnen. Werk moet wel een belangrijk hoofdstuk van het regeerakkoord uitmaken. Er moeten ook meer middelen voor vrijgemaakt worden.
Brussel zit al zo krap bij kas.
Het is gewoon een kwestie van prioriteiten